Het was echt herfstweer met wind, regen en af en toe een klein beetje zon. De wandelaars (kinderen en volwassenen) lieten zich door het weer niet tegenhouden. Gewapend met regenkleding, laarzen en paraplu’s stonden ze gereed om aan de struintocht te beginnen.
Na een korte uitleg over de diverse vormen van paddenstoelen en hun levenswijze gingen we op pad. Kinderen ontdekten al gauw wat paddenstoelen langs de bosrand. De tocht voerde ons verder en dieper het bos in. Want juist daar waar veel natuurlijk afval ligt (takken, bladeren, boomstammen) heb je de meeste kans op succes.
Spiegeltjes en loepjes werden gebruikt om de paddenstoel wat nader te bekijken. Soms heb je het geluk een afgevallen tak te vinden waar heel veel paddenstoelen op groeien. Deze kun je dan goed van dichtbij bekijken. Een boomstronk is ook een ideale plek om op onderzoek te gaan. We vonden een boomstronk met diverse soorten dicht bij elkaar.
De Dennenmoorder en een groepje beginnende Bundelinktzwammetjes. Ze werden gezelschap gehouden door een naaktslak. Naaktslakken eten graag van paddenstoelen. Je ziet ook vaak de hapjes die er uit genomen zijn. Een andere vondst was de Tonderzwam. Deze op hout lijkende zwam groeit tegen een boom en kan elk jaar groter worden. Voor de boom is dit niet fijn want uiteindelijk zorgt de zwam ervoor dat de boom langzaam afsterft. Dat kan nog wel lang duren. Dus, wie weet, zien we deze Tonderzwam volgend jaar weer.
Tekst en foto’s: Nel Welschen
